Beschrijving
TRAPPIST WESTVLETEREN
De Trappist Westvleteren wordt gebrouwen door de monniken van de Sint-Sixtusabdij. Vijf natuurlijke grondstoffen worden gebruikt om drie trappistenbieren te brouwen: Blond, 8 en 12. Die hebben elk hun eigen kleur, smaak en aroma. Alle bieren zijn ongefilterd en niet gepasteuriseerd, met nagisting op de fles. Dit alles komt hun smaak en hun aroma ten goede.
Historiek van de brouwerij
In 1814 vestigde Jan-Baptist Victoor zich als kluizenaar in de bossen van Westvleteren, waar zich destijds al monastieke gemeenschappen gevestigd hadden. De geschiedenis van de Sint-Sixtusabdij begint wanneer enkele monniken van de Franse abdij Mont-des-Cats zich in 1831 bij de kluizenaar voegen.
Naast hun monastieke activiteiten bewerkten de monniken de akkers rond de abdij, maakten ze kaas, om in hun levensonderhoud te voorzien. Al vrij vroeg werd er op heel kleine schaal ook bier gebrouwen, niet om te verkopen maar voor eigen consumptie. Uit het kasboek van de Sint-Sixtusabdij blijkt dat in juni 1838 de eerste uitgaven werden gedaan voor een brouwerij.
1839: Eerst officiële brouwsel
In mei 1839 ontving de abdij de brouwlicentie ondertekend door koning Leopold I op 19 april 1839. Diezelfde maand werd naar alle waarschijnlijkheid al een proefbrouwsel gemaakt. In juni 1839 werd uiteindelijk voor het eerst officieel gebrouwen. Getuige daarvan was de 25,45 Belgische franken die betaald werden voor de rechten van twee bierbrouwsels.